Planschade compensatie in natura
Op 8 maart 2023 heeft de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) een uitspraak (ECLI:NL:RVS:2023:956) gewezen over compensatie in natura van planschade.
Achtergrond en het bestreden besluit
Een eigenaar van een perceel werd geconfronteerd met een nieuw bestemmingsplan. Het nieuwe bestemmingsplan had verschillende gevolgen. Zo werd het achterste gedeelte van zijn perceel, dat eerst een bedrijfsbestemming had, gewijzigd in een woonbestemming. Daarnaast was de exploitatie vaneen Bed & Breakfast onder het oude bestemmingsplan toegestaan, maar onder het nieuwe bestemmingsplan niet. De eigenaar van het perceel stelde dat hij schade leed door het nieuwe bestemmingsplan en diende een verzoek om planschade in.
De door de gemeente ingeschakelde deskundige oordeelde dat de omzetting van de bestemming bedrijf naar wonen een gunstig effect had op de grondprijs.
Het vervallen van de mogelijkheid een Bed & Breakfast te exploiteren was echter nadelig voor de eigenaar. Het vervallen van de mogelijkheid een Bed & Breakfast te exploiteren bleek echter te berusten op een vergissing. Het was nooit de bedoeling van de gemeente geweest die mogelijkheid uit het bestemmingsplan te halen. Mede om die reden besloot de gemeente het planologisch nadeel van deze eigenaar in natura te compenseren door het exploiteren van een Bed & Breakfast opnieuw mogelijk te maken. In de beslissing op het verzoek tot planschade schreef de gemeente:
“Mocht het besluit tot de toevoeging van de functie bed & breakfast voor het perceel [appellante] binnen drie jaar na verzending van dit besluit niet onherroepelijk zijn, dan wordt er door ons een onafhankelijk adviseur aangesteld die de eventuele planschadevergoeding zal begroten en de wettelijke rente zal begroten vanaf de dag van de ontvangst van de aanvraag tot aan de dag van uitbetaling van de (eventueel) verschuldigde planschadevergoeding. Ook zullen wij in dat geval het drempelbedrag terugbetalen. Uiteraard zullen de planologische voordelen en het eventuele nadeel dan tegen elkaar worden afgewogen.”
Hier maakt de eigenaar van het perceel bezwaar tegen. Volgens de eigenaar moest de planschade direct op een concreet bedrag gewaardeerd worden.
Compensatie in natura
In haar uitspraak van 8 maart 2023 (ECLI:NL:RVS:2023:956) gaat de Afdeling eerst in algemene zin in op de mogelijkheid op planschade in natura te compenseren. Onder verwijzing naar haar overzichtsuitspraak van 28 september 2016 (ECLI:NL:RVS:2016:2582) stelt de Afdeling vast dat (zie r.o. 12 van de uitspraak van 8 maart 2023):
a. Planschade in natura kan worden vergoed;
b. De planschade hoeft dan in beginsel niet in geld te worden uitgedrukt, omdat de schade anderszins is verzekerd;
c. Wanneer voor de compensatie in natura een planologische wijziging nodig is, moet de onzekerheid of de planologische wijziging daadwerkelijk wordt doorgevoerd, worden weggenomen. Dat kan onder meer door in het besluit toe te zeggen dat, indien de compensatie in natura niet doorgevoerd wordt, de hoogte van het alsnog te betalen bedrag na inwinning van het advies van een deskundige wordt vastgesteld.
De kerngedachte is dat compensatie in natura toegestaan is, mits er voldoende zekerheid is dat deschade wordt vergoed. Als de compensatie in natura onzeker is, moet die onzekerheid weggenomenworden. Dat kan door de toezegging dat indien de compensatie in natura niet binnen een (specifiek) bepaalde termijn tot stand kan worden gebracht, een onafhankelijk deskundige alsnog de hoogte vande schadevergoeding zal bepalen.
Op het eerste gezicht lijkt het besluit van de gemeente aan deze voorwaarden te voldoen. De Afdeling constateert echter dat op het moment van het nemen van het besluit niet duidelijk was of en in hoeverre het nadeel van het verdwijnen van de Bed & Breakfast teniet gedaan werd door het voordeel van de woonbestemming. Dat kan niet volgens de Afdeling.
Volgens Afdeling is het verrekenen van planologische voor- en nadelen op zichzelf toegestaan, maar is het niet acceptabel dat de eigenaar tot 3 jaar moet wachten tot hij zekerheid heeft of de schade alsgevolg van het vervallen van de Bed & Breakfast wordt vergoed. Het besluit van de gemeente wordt door de Afdeling op dit punt vernietigd.
De Afdeling doet de zaak vervolgens zelf af. De Afdeling wijzigt het besluit door de zin “Uiteraard zullen de planologische voordelen en het eventuele nadeel dan tegen elkaar worden afgewogen” uit het besluit te verwijderen. In de toelichting zegt de Afdeling expliciet dat, indien de exploitatie van een Bed & Breakfast na 3 jaar planologisch nog niet mogelijk is, de schadeals gevolg van het vervallen van die mogelijkheid moet worden vastgesteld zonder dat planologische voordelen mogen worden verrekend.